Druk vanuit saneringsinfrastructuur
Restvracht RWZI’s
In het bekken van de Gentse Kanalen zijn er 23 rioolwaterzuiveringsinstallaties (RWZI) actief; 1 (kleinere) is nog gepland (Moerbeke-Pereboom). Het afvalwater dat via de riolering aankomt in een RWZI wordt (zo goed mogelijk) gezuiverd alvorens het geloosd wordt in de waterloop. De RWZI’s moeten voldoen aan het vooropgestelde zuiveringsrendement en aan de maximumnormen voor de effluentconcentraties opgenomen in de milieuvergunning. Ondanks die eisen bevat het effluent van de RWZI's nog steeds een restvracht, wat de druk van de RWZI’s op het oppervlaktewater verklaart. De meeste RWZI's lozen op de grotere kanalen, in het noordelijk poldergebied en het afstroomgebied van de Moervaart zijn er nog verschillende RWZI's die, vooral in de zomerperiode een grotere impact kunnen hebben op de waterkwaliteit.
Overstorten
Het bekken van de Gentse Kanalen telt veel overstorten. Bij een overstort in werking komt het ongezuiverde rioolwater verdund in het oppervlaktewater terecht en zorgt zo voor een druk op de (ecologische) waterkwaliteit. Van de beoordeelde overstorten in het bekken van de Gentse Kanalen (25 in 2017) scoort het merendeel matig of goed, 1 overstort (in Evergem) scoort slecht en 1 onvoldoende.
Verdunning
De mate van verdunning is vaak een indicatie voor overstortwerking. Een hoge mate van verdunning wijst immers vaak op de aansluiting van grachten en grote oppervlakten waarbij het hemelwater in het rioolstelsel terechtkomt. In het Bekken van de Gentse Kanalen vormt verdunning een groot probleem in de zuiveringsgebieden van Zelzate en Ertvelde.