Druk vanuit niet gesaneerde lozingen huishoudens
Met een zuiveringsgraad van 85 % en een rioleringsgraad van 89% behoort het Dijle-Zennebekken in vergelijking met de andere bekkens tot de betere.
De voorbije 25 jaar is er heel wat geïnvesteerd in saneringsinfrastructuur in het Dijle-Zennebekken. Toch zijn er nog een aantal knelpunten. Vooral in de afstroomgebieden van de Vrouwvliet, de Zuunbeek en de Laak moeten in verschillende regio’s nog heel wat saneringsinfrastructuur aangelegd worden. (zie collectief te optimaliseren buitengebied op het zoneringsplan)
In het Dijle-Zennebekken zal ongeveer 2% van de inwoners niet aangesloten worden op de centrale rioleringsinfrastructuur. Dat afvalwater moet via een IBA (individuele behandelingsinstallatie afvalwater) gezuiverd worden. Slechts 20% van de IBA’s is reeds geplaatst. Gezien deze disperse lozingen zich vaak in de kleinere waterlopen situeren, kan de lokale impact van die huishoudelijke lozingen wel belangrijk zijn . Onder meer in het gebied van de Vrouwvliet, de Weesbeek, de Molenbeek-Parkbeek en de Molenbeek-Lakebeek moeten nog heel wat IBA’s aangelegd worden. (zie individueel te optimaliseren buitengebied op het zoneringsplan)