Molenbeek-Bollaak
De Molenbeek-Bollaak is een belangrijke zijwaterloop van de Kleine Nete in het westen van het Netebekken. Ze ontspringt in Beerse en mondt in Ranst, vlakbij de grens met Nijlen en Lier, uit in de Kleine Nete.
Tussen Lier en het Albertkanaal vormen de Molenbeek-Bollaak, de Kleine Nete en het Netekanaal samen een uniek valleigebied van ongeveer 8 km lang en 1 km breed. Het uitzicht van de vallei is sinds de jaren 1960 drastisch veranderd: van een open cultuurhistorisch landschap waarin natte graslanden domineerden, naar een lappendeken van - vaak illegale - weekendverblijven met bijhorende kunstmatige vijvers, grondoverschotten, bouwafval, opgehoogde terreinen en ingedijkte waterlopen. Deze evolutie zorgde voor een enorm verlies aan waterbergend vermogen. Dankzij een grote verscheidenheid aan natte en droge biotopen, blijft de vallei echter een bijzonder ecosysteem waarin tal van planten en dieren, waaronder heel wat zeldzame soorten, zich thuis voelen.
Ook opwaarts het Albertkanaal biedt het deelbekken van de Molenbeek-Bollaak heel wat kansen voor win-winsituaties voor water en natuur. Trajecten van de bovenloop van de Molenbeek, de Tappelbeek opwaarts het Albertkanaal, Delftebeek en Klein Wilboerebeek maken deel uit van het habitatrichtlijngebied ‘bos- en heidegebieden ten oosten van Antwerpen’. Structuurverbeterende maatregelen aan de waterloop dragen hier niet alleen bij tot de biologische waterkwaliteit maar ook de tot bredere natuurdoelstellingen.
Op het vlak van waterkwaliteit zijn de afgelopen jaren een aantal belangrijke rioleringsprojecten gestart of uitgevoerd, waarvan het effect nog niet zichtbaar is in de meetresultaten. De meeste biologische parameters blijven matig. Enkel de macro-invertebraten scoren nog steeds goed. Ook fysico-chemisch blijft de waterkwaliteit matig (totaal fosfor, orthofosfaat, opgeloste zuurstof, CZV).
Ondanks de aanwezigheid van vele aanzienlijke natuurgebieden in het bekken, is de sector landbouw zeker niet verwaarloosbaar. Het landbouwgebruik, voornamelijk grasland en mais, levert het grootste aandeel in de stikstofdruk.
Wat betreft het aspect waterkwantiteit is het hele traject van de Molenbeek-Bollaak vanaf de monding van de Delfte Beek tot aan de monding in de Kleine Nete effectief overstromingsgevoelig. Ook de Tappelbeek, Klein Beek en Klein Pulsebeek zijn op meerdere plaatsen effectief overstromingsgevoelig. Bovendien reikt de invloed van de getijdewerking van de Kleine Nete tot ongeveer aan de E313. Bij hoog water op de Kleine Nete kan de Molenbeek-Bollaak niet gravitair afwateren (vloeddeuren). De bovenstroomse afvoer van de Molenbeek-Bollaak, Kleine Beek en Tappelbeek hoopt zich dan op ter hoogte van de Nijlensesteenweg te Ranst. Het gebied Viersels Gebroekt speelt een belangrijke rol in de stockage van overstromingswater.
Raadpleeg de gegevens over druk & impact, milieudoelstellingen, reductiedoelen & afwijkingen en beoordeling in de waterlichaamfiches VL21_129 - MOLENBEEK - BOLLAAK.