Druk vanuit saneringsinfrastructuur
Restvracht RWZI’s
In het Netebekken zijn er 32 rioolwaterzuiveringsinstallaties (RWZI) actief, waarvan 6 kleinschalige waterzuiveringsinstallaties. 1 RWZI (Ham) is nog gepland.
Het afvalwater dat via de riolering aankomt in een RWZI wordt (zo goed mogelijk) gezuiverd alvorens het geloosd wordt in de waterloop. De RWZI’s moeten voldoen aan het vooropgestelde zuiveringsrendement en aan de maximumnormen voor de effluentconcentraties opgenomen in de milieuvergunning. Ondanks die eisen bevat het effluent van de RWZI's nog steeds een restvracht, wat de druk van de RWZI’s op het oppervlaktewater verklaart. In het Netebekken zijn er verschillende gebieden waar RWZI’s een grote impact hebben op de waterkwaliteit. Zo zorgt de RWZI van Turnhout voor een belangrijke nutriëntendruk op de Aa, mede omwille van de overstortwerking.
Overstorten
Het Netebekken telt veel overstorten. Bij een overstort in werking komt het ongezuiverde rioolwater verdund in het oppervlaktewater terecht en zorgt zo voor een druk op de (ecologische) waterkwaliteit. Van de 537 gekende overstorten in het Netebekken worden er 60 (in 2017) bemeten. Hiervan scoort het merendeel matig (28), 14 overstorten scoren slecht, 9 ontoereikend en 9 goed. De slechtst scorende overstorten zijn Vlimmeren D'Aesten (Molenbeek-Bollaak), Oostham Truibroek (Grote Laak) en Tessenderlo Begijnewinning (Grote Laak).
Verdunning
De mate van verdunning is vaak een indicatie voor overstortwerking. Een hoge mate van verdunning wijst immers vaak op de aansluiting van grachten en grote oppervlakten waarbij het hemelwater in het rioolstelsel terechtkomt. In het Netebekken vormt verdunning een groot probleem in de zuiveringsgebieden van Dessel, Berlaar en Wolfsdonk (deels Demerbekken).