Impact van droogte voor de sectoren
Aanhoudende droogte leidt tot hinder voor de sectoren door het tekort aan water en door droogtemaatregelen die genomen of opgelegd worden. Waterbeheerders, waterbedrijven en andere overheidsdiensten stellen een hoger peil in, passen de stuwregeling aan, voorzien voeding vanuit andere waterlopen, voeren drinkwatertransfers door, enz. om de impact van de droogte te verminderen. Bijkomend legt de minister of de gouverneur zo nodig watergebruiksbeperkingen voor specifieke toepassingen op, stelt een captatieverbod in of vaardigt een recreatieverbod uit omwille van de aanwezigheid van toxische cyanobacteriën of blauwalgen.
Ingestelde droogtemaatregelen kan u raadplegen via www.opdehoogtevandroogte.be.
Lagere peilen en afvoeren in de waterlopen hebben verhoogde watertemperaturen, lage(re) zuurstofconcentraties, hogere concentraties aan polluenten, een hogere geleidbaarheid, een verminderde werking van visdoorgangen, droogval, enz. tot gevolg. Dit kan leiden tot een verslechterde ecologische toestand. Ook de kans op acute ecologische problemen zoals vissterfte, (blauw)algenbloei, botulisme, ... neemt toe.
De vraag naar irrigatiewater voor landbouwgewassen neemt sterk toe, bij een beperkt aanbod in waterlopen en spaarbekkens.
Om conflictsituaties te vermijden werden bij lage waterpeilen captatie verboden ingesteld. Zo werden er in de perioden juli-september 2018, juli-september 2019, mei-september 2020 voor het IJzerbekken captatieverboden ingesteld.
De IJzer is een typische regenwaterrivier met grote debietschommelingen. Als het overvloedig regent, verandert de IJzer in een snel stromende rivier. Terwijl in droge periodes weinig water in de IJzer komt en het water bijna stil staat. In de zomers van 2018, 2019 en 2020 moest in zowel de IJzer als de kanalen Plassendale-Nieuwpoort en Ieper-IJzer een diepgangbeperking opgelegd worden voor scheepvaart, vooral plezier- en passagiersvaart.
De kustpolders zijn in droge perioden sterk afhankelijk van wateraanvoer uit de bevaarbare waterlopen om enerzijds het waterpeil aan te houden en anderzijds om de verzilting of stijging van het zoutgehalte in het poldergebied tegen te gaan.
Als er weinig of geen stroming op een waterloop of vijver zit, bestaat de kans bij warm weer dat er cyanobacteriën of blauwalgen beginnen te bloeien. Ze vormen een blauwgroene, soms roodbruine, olieachtige laag op het water en houden gezondheidsrisico's in voor mens en dier. Op dergelijke momenten wordt een recreatieverbod opgelegd. Dit gebeurde in 2018, 2019 en 2020 bijvoorbeeld voor de Dikkebusvijver.
Op het kanaal Ieper-IJzer werden in 2018, 2019 en 2020 blauwalgenbloeien vastgesteld waardoor watercaptatie voor het beregenen van landbouwgewassen en voor het gebruik als drinkwater voor vee verboden waren. Blauwalgenbloeien bemoeilijken ook de productie van drinkwater omdat deze organismen de filters kunnen verstoppen en er extra chemicaliën nodig zijn in de productieinstallatie.
Droogte berokkent schade aan teelten. Vooral aardappelen en tuinbouw in volle grond zijn gevoelig voor droogte.
Droogte zorgt ervoor dat de land- en tuinbouw op zoek gaat naar water (watertransporten). Maar het wateraanbod in de waterlopen en openbare spaarbekkens is beperkt. In de zomer van 2018 was er een captatieverbod op de onbevaarbare waterlopen en het kanaal Ieper-IJzer, in de zomer van 2019 op alle waterlopen in het IJzerbekken en in de zomer van 2020 op de onbevaarbare waterlopen en het kanaal Ieper-IJzer. Sinds 2019 moeten mobiele watercaptaties (m.u.v. de aangelanden) uit de bevaarbare waterlopen verplicht vanop de vaste locaties langs de IJzer, het kanaal Ieper-IJzer, het Lokanaal en het kanaal Plassendale-Nieuwpoort uitgevoerd worden.
Het waterverbruik van gezinnen is voornamelijk afhankelijk van de temperatuur maar ook langdurige droogte heeft een belangrijke invloed op het verbruik. Aan de kust is de vraag naar drinkwater een stuk hoger vanwege het seizoenstoerisme. De droogte heeft ook een effect op het leidingwaterverbruik wanneer van regenwater overgeschakeld wordt op leidingwater t.g.v. het droogvallen van de regenwaterputten. Het tijdig oproepen tot een spaarzaam gebruik van leidingwater moet ervoor zorgen dat de productie- en transportcapaciteit niet wordt overschreden.
Naast een impact van de droogte op het verbruik van leidingwater is er ook een grote impact op de bronnen die gebruikt worden voor de productie van drinkwater en dus de ruwwaterbeschikbaarheid. Bij een captatieverbod kan er ook geen oppervlaktewater meer opgepompt worden voor de productie van drinkwater waardoor de buffervolumes in de spaarbekkens moeten aangesproken worden. Deze zijn echter niet voldoende groot om de huidige droogteperiodes te overbruggen waardoor de productie uit oppervlaktewater moet teruggeschroefd worden en er overgeschakeld wordt op aanvoer van grondwater en van andere drinkwatermaatschappijen. Door steeds langere droge perioden komt de drinkwatervoorziening voor steeds grotere uitdagingen te staan.
Als gevolg van de droogte kon het waterpeil in het natuurgebied de Blankaart in 2018, 2019 en 2020 niet aangehouden worden volgens de afspraken in het peilprotocol met schadelijke gevolgen voor de natuurwaarden in het gebied.