Transport
Het Benedenscheldebekken speelt zowel op Vlaams als op Europees niveau een belangrijke rol in goederentransport via het water.
De haven van Antwerpen fungeert immers als knooppunt voor maritiem verkeer en als maritieme poort voor het transport van goederen van en naar het hinterland. Het havengebied van Antwerpen is rechtstreeks verbonden met verschillende waterwegen (Zeeschelde, Schelde-Rijnverbinding, Albertkanaal) en onrechtstreeks met het Zeekanaal Brussel-Schelde. Het havengebied is dan ook een knooppunt van Vlaamse waterwegen en daarmee een schakel voor het transport van en naar Nederland, Duitsland, Wallonië, de haven van Zeebrugge, de haven van Gent en de rest van het hinterland. Het Antwerpse Zeehavengebied is ca. 133 km² groot. Hiervan is ca. 21 km² water.
Ongeveer 13% (282 km) van de totale lengte aan waterlopen in het Benedenscheldebekken (ca. 2242 km) zijn effectief bevaarbare waterwegen. De belangrijkste waterwegen voor de goederenscheepvaart in het Benedenscheldebekken zijn de Zeeschelde, het Albertkanaal, het Zeekanaal Brussel-Schelde en de Schelde-Rijnverbinding.
Een aandachtspunt voor het havengebied en het Albertkanaal is de aanwezigheid van voldoende water. Dit wordt steeds meer een uitdaging wegens de droogte als gevolg van de klimaatverandering. Voldoende water is belangrijk voor de nuttige functies van de waterloop namelijk het voorzien in havenfaciliteiten en het vrijwaren van de nautische toegankelijkheid in de Schelde en de dokken.
Ook in het bereiken van de modal shift (50/50) en een duurzame mobiliteit speelt transport via de waterweg een belangrijke rol. Voorbeelden hiervan zijn de verhogingen van de bruggen langs het Albertkanaal en meer kleinschalige initiatieven zoals de waterbus.
Informatie over de invloed van de sector op het water (en omgekeerd) vindt u in het hoofdstuk drukken.