visie
De biologische waterkwaliteit van Gaverbeek II is ontoereikend. De beoordeling voor macro-invertebraten is matig en kende een verbetering. Het visbestand is matig. Er werden slechts vijf inheemse soorten (giebel, drie en tiendoornige stekelbaars, riviergrondel en blankvoorn) aangetroffen. De zwart- en blauwbandgrondel zijn exoten. De laatste anderhalve kilometer van de Gaverbeek is ingekokerd en dit is voor vismigratie een belemmerende factor. De Gavers is een geïsoleerd systeem voor drinkwater en scoort voor alle biologische parameters goed, behalve voor vis.
De fysico-chemische waterkwaliteit van Gaverbeek II is slecht door een slechte beoordeling voor de geleidbaarheid. Op de Keibeek en Slijpbeek is de geleidbaarheid hoog door effluent van bedrijven. Door de afgelopen droge jaren is er een stijging waarneembaar. De andere parameters scoren voor Gaverbeek II al goed of matig. Zelfs fosfor, die vrijwel overal in het Leiebekken slecht scoort, heeft een ontoereikende beoordeling en een relatief lage waarde. Dit is te wijten aan het verdunnend effect door effluent van industrie op de Keibeek waar zeer lage fosforconcentraties geloosd worden. De Gavers heeft een ontoereikende beoordeling met enkel stikstof die ontoereikend scoort.
De druk voor fosfor is relatief klein en is afkomstig van huishoudens (53 %) en landbouw (42 %). De stikstofdruk is vooral afkomstig van landbouw. Huishoudens zorgen voor de grootste druk in chemisch zuurstofverbruik.
De rioleringsgraad en zuiveringsgraad liggen hier met respectievelijk 92,2 % en 90,4 % reeds hoog. In Zwevegem zou het saneren van de omgeving rond de Kwadepoelstraat tot een kwaliteitsverbetering leiden. In de Blokellestraat hadden de industriële lozingen op de Slijpbeek een negatieve impact. Het afvalwater van de huishoudens wordt in dit afstroomgebied voornamelijk ingezameld in RWZI Harelbeke, dat rechtstreeks in de Leie loost.
De structuurkwaliteit van Gaverbeek II is ontoereikend. Door de inkokering en de dikwijls betonnen inrichting van de Gavebeek en haar zijwaterlopen scoort deelparameter bedding het slechtst. Het biologisch leven kan zich hier moeilijk handhaven en spoelt weg bij hevige neerslag. De nieuwe geplande natuurlijke inrichting van de Keibeek en Gaverbeek langs De Gavers zal voor een verbetering zorgen. Enkele korte trajecten van de Gaverbeek in Harelbeke openleggen kan voor daglicht en voedsel in de waterloop zorgen, en bijgevolg tot een betere vismigratie leiden.
Het zuidelijk deel van het afstroomgebied Gaverbeek II is erosiegevoelig. Op de heuvelrug in Zwevegem en Kortrijk spoelen bodemdeeltjes in de waterloop. Hierdoor dient veel slib geruimd te worden in de afwaartse trajecten waar de deeltjes tot stilstand komen. Vooral in de Slijpbeek wordt veel sediment getransporteerd. Het braak liggen van landbouwpercelen moet vermeden worden. Erosie kan beperkt worden door aangepaste teelttechnieken, groenbedekking en aanleg van bufferstroken. Naast de brongerichte maatregelen is de aanleg van een sedimentbekken een end of pipe oplossing.
Kritieke wateroverlast is hier relatief beperkt. Overstromingen doen zich voor op- en afwaarts Zwevegem.
Enkele exoten, zoals waternavel en reuzenberenklauw, komen voor en worden bestreden.
Raadpleeg de gegevens over druk & impact, milieudoelstellingen, reductiedoelen & afwijkingen en beoordeling in de waterlichaamfiches VL05_46 - GAVERBEEK II.