Beschermde gebieden oppervlaktewater
Natura 2000 gebieden
specifieke doelstellingen
Voor de oppervlaktewaterafhankelijke habitat- (SBZ-H) en vogelrichtlijngebieden (SBZ-V) die onder invloed staan van een Vlaams of lokaal 1ste orde waterlichaam, kunnen bijkomende specifieke doelstellingen geformuleerd worden. Deze zijn bedoeld om de Europees beschermde habitattypen en soorten waarvoor specifieke instandhoudingsdoelstellingen (S-IHD) werden geformuleerd, duurzaam in stand te kunnen houden. De formulering van de specifieke doelstellingen is gebeurd op niveau van het waterlooptraject waar de betrokken soort of habitat actueel voorkomt of volgens de S-IHD dient uit te breiden. De oppervlaktewatergerelateerde specifieke doelstellingen werden geclusterd in 5 categorieën: (1) waterlopen waar een natuurlijke waterhuishouding wordt nagestreefd; (2) trajecten waar voor bepaalde parameters strengere kwaliteitseisen nodig zijn dan deze voorzien binnen de basismilieukwaliteit; (3) trajecten waar een verbeterde structuurkwaliteit wordt nagestreefd; (4) trajecten waar een natuurlijke sedimentbalans wordt nagestreefd en (5) trajecten waar vrije vismigratie wordt nagestreefd.
Opm: deze specifieke doelstellingen gaan in vanaf de vaststelling van de stroomgebiedbeheerplannen 2022-2027. Voor de analyses en beoordelingen werd gebruik gemaakt van het normkader goedgekeurd in de stroomgebiedbeheerplannen 2016-2021.
Waterlichamen met specifieke doelstelling oppervlaktewater Natura 2000 gebied geoloket
Voor meer informatie over de oppervlaktewater- en grondwatergerelateerde specifieke doelstellingen Natura 2000 gebieden, zie stroomgebiedniveau.
toestand
De toetsing voor de oppervlaktewaterlichamen met een strengere doelstelling waterkwaliteit (>8 mg/O2 opgeloste zuurstof en <4,3 mg/O2 BZV) opgenomen in de tweede generatie stroomgebiedbeheerplannen geeft aan dat:
- geen enkel oppervlaktewaterlichaam (Molenbeek-Bollaak, Grote Nete I, Kleine Nete I, Kleine Nete II, Klein Wilboerebeek, Molenbeek-Bollaak L1, Delfte Beek, Bosbeek-Diepteloop, Larumse Loop, Grote Nete L1, Rode Loop, Asbeek, Tappelbeek, Kleine Hoofdgracht, Desselse Neet) de norm voor zuurstof haalt.
- elk oppervlaktewaterlichaam (Molenbeek-Bollaak, Grote Nete I, Kleine Nete I, Kleine Nete II, Klein Wilboerebeek, Molenbeek-Bollaak L1, Delfte Beek, Bosbeek-Diepteloop, Larumse Loop, Grote Nete L1, Rode Loop, Asbeek, Tappelbeek, Kleine Hoofdgracht, Desselse Neet) de norm voor BZV haalt.
Beschermde gebieden drinkwater
In de spaarbekkens Broechem (Albertkanaal) en Lier-Duffel (Netekanaal) is de toestand van de bacteriologische parameters en de chemische parameters met een milieukwaliteitsnorm goed. Ook de toestand voor de pesticiden is goed in beide spaarbekkens. Dit is te verklaren doordat de druk vanuit landbouw in het prioritair gebied van het Albertkanaal heel beperkt is. Bij de ‘andere stoffen’ werden 5 stoffen vastgesteld boven hun toetsingswaarde. Voor zowel Broechem als Lier-Duffel betreft het 1H-Benzotriazole, AMPA, Metformin en 5-methyl-1H-benzotriazole. In het spaarbekken van Broechem komt er ook Guanylureum bij.
De kwaliteit van de voedende waterlopen is belangrijk voor de drinkwatermaatschappijen omdat de kwaliteit van het water sturend is voor de inname. De waterkwaliteit van deze voedende waterlopen is veelal minder goed dan dat van het spaarbekken zelf.
Voor meer informatie, zie stroomgebiedniveau en Achtergronddocument Bronbescherming drinkwater.
Andere beschermde gebieden
Voor de (beoordeling van de) milieudoelstellingen in de beschermde gebieden 'zwemwateren' en 'nutriëntgevoelige gebieden', zie stroomgebiedniveau.
Per waterlichaam kan de beoordeling voor de verschillende parameters geraadpleegd worden in de waterlichaamfiches.