Jeker
De Jeker (=aandachtsgebied type 2) ontspringt nabij Borgworm, steekt drie keer de gewestgrens over in Tongeren en in Riemst om nadien via Maastricht in de Maas uit te monden.
De waterkwaliteit van de Jeker is de vorige planperiode verbeterd maar blijft nog ontoereikend door de emissie van nutriënten uit de landbouwsector en bij huishoudelijke puntlozingen. Voor een doorgedreven ecologisch herstel van de Jeker is in de eerste instantie een verbetering van de waterkwaliteit nodig, hetgeen moet gebeuren door afspoeling (erosie) te reduceren en de saneringsinfrastructuur binnen het zuiveringsgebied Tongeren uit te breiden (o.a. in Diets-Heur) en te optimaliseren. Ook het terugdringen van pesticidengehaltes in de waterloop is een blijvend werkpunt in dit gebied, gezien de overschrijdingen hiervan op de Jeker. De inkomende waterkwaliteit vanuit Wallonië is steker bepalend voor de Jeker in Vlaanderen en de nodige prioritering moet gevraagd worden aan het Waals gewest. Daarnaast is er ook grensoverschrijdende afstemming nodig voor wat betreft exotenbestrijding (o.a. reuzenbalsemien op de Jeker).
Structuurherstel is nodig op de Jeker en Heeswater om de normen voor de biologische kwaliteit te kunnen halen. Ondanks recente inspanningen blijft de structuurkwaliteit van de Jeker immers nog ondermaats. Echter, voor een doorgedreven biologisch herstel zal in eerste instantie een verbetering van de waterkwaliteit nodig zijn. Op basis van de zuurstofhuishouding (matig), kan het oplossen van de vismigratieknelpunten wel al lonend kan zijn. Binnen het Maasbekken zijn er op dit vlak weliswaar knelpunten met hogere prioriteit.
De gemeenten Tongeren en Riemst hebben regelmatig te kampen met wateroverlast, zowel vanuit de waterloop als door modderstromen. Deze planperiode zal, vanuit het concept van meerlaagse veiligheid een geschikte combinatie van maatregelen gebaseerd op preventie, protectie en paraatheid verder uitgewerkt worden.
De oppervlakkige afstroming in het heuvelachtige gebied verhoogt het risico op modderstromen en overstromingen in de beekvalleien door versnelde waterafvoer. Ter voorkoming van verlies van vruchtbare grond, aanslibbing van waterlopen en wateroverlast moet verder ingezet te worden op planmatige bodemerosiebestrijding. Brongerichte erosiebestrijding heeft de voorkeur en kan o.a. door het optimaliseren van de bodemstructuur, het toepassen van de code van goede landbouwpraktijk en het toepassen van erosiebestrijdingsmaatregelen in functie van het herstel van de infiltratiemogelijkheden en het tegengaan van versnelde afstroom van hemelwater. In dit opzicht zijn strategisch gelegen graslanden i.k.v. de erosieproblematiek maximaal te behouden of te herstellen. Landbouwers zijn - in het kader van de randvoorwaarden van het gemeenschappelijk landbouwbeleid - verplicht om erosiebestrijdingsmaatregelen te nemen op hoog en zeer hoog erosiegevoelige percelen. Hierbij is handhaving essentieel. Het verminderen van afstromingen en bevorderen van infiltratie en water vasthouden zal bovendien bijdragen tot het tegengaan van de toenemende waterschaarste.
Onder meer via de erosiebestrijdingsplannen en de hemelwater- en droogteplannen kan dit in detail uitgewerkt worden.
Raadpleeg de gegevens over druk & impact, milieudoelstellingen, reductiedoelen & afwijkingen en beoordeling in de waterlichaamfiches VL05_139 - JEKER I, VL05_140 - JEKER II, L107_890 - BEEK - DE BUTH (TONGEREN), L111_1093 - EZELSBEEK, L111_1092 - ZOUW.