Karakterisering oppervlaktewaterlichamen
Er zijn in het Leiebekken 13 Vlaamse oppervlaktewaterlichamen, 25 lokale oppervlaktewaterlichamen van 1ste orde en 45 lokale oppervlaktewaterlichamen van 2de orde.
12 van de 13 Vlaamse waterlichamen en alle lokale waterlichamen van 1ste en 2de orde behoren tot de categorie 'rivier'.
De Vlaamse oppervlaktewaterlichamen in het Leiebekken behoren tot de watertypes 'grote beken' en 'grote rivieren'. Daarnaast is De Gavers in Harebeke het enige 'groot, diep, eutroof, alkalisch meer'. Alle lokale waterlichamen van 1ste orde zijn van het type 'kleine beek'.
In het Leiebekken hebben bijna alle Vlaamse oppervlaktewaterlichamen het statuut ‘sterk veranderd. De Gavers en het kanaal Roeselare-Leie zijn ‘kunstmatige’ waterlichamen. Enkel de Oude Mandel wordt als een 'natuurlijk' Vlaams waterlichaam beschouwd. Ook bij de lokale waterlichamen van 1ste orde zijn de waterlichamen met een 'sterk veranderd' statuut in de meerderheid (84 %). Enkel de Duivebeek, de Devebeek, de Oude Mandel en La Haute Planche worden als natuurlijke lokale 1ste orde waterlichamen beschouwd.
Opm: deze karakterisering gaat in vanaf de vaststelling van de stroomgebiedbeheerplannen 2022-2027. Voor de analyses en beoordelingen werd gebruik gemaakt van de waterlichamen (karakterisering) en hun normkader goedgekeurd in de stroomgebiedbeheerplannen 2016-2021.
karakterisering oppervlaktewaterlichamen geoloket
Voor het wetgevend kader en de methodiek voor de afbakening en verdere indeling van de oppervlaktewaterlichamen, zie stroomgebiedniveau.
Per waterlichaam kan de karakterisering geraadpleegd worden in de waterlichaamfiches.