Waterbodemkwaliteit
Naast puntlozingen en diffuse verontreiniging, is er ook in de waterloop zelf een belangrijke interactie tussen de waterkolom en de waterbodem. In het geval van een propere waterbodem, kan deze dienst doen als een opslag van vervuilende deeltjes. Bij een verontreinigde waterbodem, kan deze vaak ook een bron zijn van verontreiniging in de waterkolom.
De beoordeling van de waterbodemkwaliteit gebeurt aan de hand van de triadekwaliteitsbeoordeling (TKB). De triadekwaliteitsbeoordeling bestaat uit 3 deelbeoordelingen voor chemie, biologie en ecotoxicologie.
Voor elk Vlaams waterlichaam wordt de laatst gekende beoordeling weergegeven op kaart en in de grafiek. De waterbodems van de Dijle tussen Werchter en Mechelen en van de Woluwe zijn niet verontreinigd. Vijf van de bemonsterde waterbodems (afwaartse deel Zenne, Zuunbeek, Vrouwvliet, Vunt en Barebeek) zijn sterk verontreinigd. Dit is een vrij groot aantal, in vergelijking met de andere bekkens (met uitzondering van het Benedenscheldebekken).
De triadekwaliteitsbeoordeling (TKB) is een beleidsindicator met een eerder globale signaalfunctie. Om te achterhalen waar het probleem zich precies situeert, is het interessant de gemeten waarden te vergelijken met de milieukwaliteitsnormen. De grootste verontreinigingen in het Dijle-Zennebekken zijn afkomstig van een aantal steeds terugkerende parameters in de waterbodem. Elke verontreinigde waterbodem kent een belasting met koolwaterstoffen en PAK’s. Verder zien we in de het Kanaal Brussel-Charleroi, de Zenne, de Zuunbeek en de Vrouwvliet ook een sterke verontreiniging van de waterbodem met PCB’s, en in de Zenne met verschillende zware metalen zoals lood, kwik en koper.
Voor meer informatie over de milieukwaliteitsnormen en de beoordelingsmethode van de waterbodemkwaliteit, zie stroomgebiedniveau.
Per waterlichaam kan de beoordeling voor de verschillende parameters geraadpleegd worden in de waterlichaamfiches.