Oppervlaktewaterkwaliteit
Een ‘goede oppervlaktewaterkwaliteit’ betekent dat zowel de ecologische toestand als de chemische toestand van het oppervlaktewater tenminste ‘goed’ zijn.
Wat die goede toestand precies inhoudt, is in de kaderrichtlijn Water omschreven in de vorm van milieudoelstellingen.
De beoordeling van de toestand gebeurt per oppervlaktewaterlichaam.
De referentieperiode voor de beoordeling is 2016-2018.
Milieudoelstellingen
Milieudoelstellingen zijn onder de vorm van milieukwaliteitsnormen vastgelegd. Die normen zijn op een wetenschappelijke manier vastgelegd. De milieudoelstellingen waaraan een waterlichaam moet voldoen, zijn afhankelijk van de karakterisering van het waterlichaam. In sterk veranderde en kunstmatige wateren heeft het biologische leven niet dezelfde ontwikkelingskansen. Daarom hebben deze wateren een aangepaste doelstelling, namelijk een goed ecologisch potentieel (ipv goede ecologische toestand).
Er zijn ook een aantal waterlichamen die specifieke (verscherpte) doelstellingen hebben omwille van hun ligging in beschermde gebieden (drinkwaterwingebied, speciale beschermingszones,…).
Voor meer informatie over de doelstellingen, zie stroomgebiedniveau.
Per waterlichaam kunnen de milieudoelstellingen geraadpleegd worden in de waterlichaamfiches.