visie
De Barebeek (speerpuntgebied type 2) was lange tijd één van de meest vervuilde waterlopen in het Dijle-Zennebekken. Door de uitbouw van de saneringsinfrastructuur in het gebied is de waterkwaliteit de laatste jaren echter sterk verbeterd en zit er opnieuw leven in de waterloop. Fosfor vormt nog het voornaamste knelpunt. Er blijven nog een aantal te saneren huishoudelijke lozingen over, waarvoor in de meeste gevallen ook al projecten zijn opgedragen. Om de laatste stappen naar een goede waterkwaliteit te zetten, dient nu ook verder ingezet te worden op slibruiming, verbetering van de structuurkwaliteit en tegengaan van diffuse verontreiniging.
De jarenlange lozingen hebben wel tot een sterk vervuilde waterbodem geleid. Een slibruiming van de Barebeek is dan ook noodzakelijk om de resterende noodzakelijke kwaliteitsverbetering te realiseren. Ook een bodemsanering van de Vogelzangvijver, een wachtbekken in Melsbroek waarvan de bodem door historische vervuiling sterk vervuild is, is noodzakelijk om een goede waterkwaliteit in de bovenlopen van de Barebeek te verkrijgen.
Door de vele menselijke ingrepen zijn kenmerken zoals meandering, stroomkuilen en dieptes-ondieptes meestal beperkt aanwezig en is de globale structuurkwaliteit van de waterlopen in het opwaartse deel van het stroomgebied relatief zwak. Een aantal van de waterlopen in het zuiden van het gebied (o.a. de bosbeken in Floordambos, Perk-Hellebos en het Snijselbos) hebben echter wel een zeer hoog potentieel qua natuurlijke structuur en kunnen het bestaande natuurlijke netwerk versterken.
In het afwaartse deel van de Barebeek is de structuurkwaliteit over het algemeen vrij goed. Een belangrijk vismigratieknelpunt hier is de uitstroomconstructie van de Barebeek in de Dijle. Een oplossing hiervoor is niet evident.
Het landgebruik in het bekken van de Barebeek is heel divers. In het brongebied zorgt de luchthaven van Zaventem voor een grote oppervlakte verhard terrein. Ook door de verschillende woonkernen zijn grote oppervlakten van het bekken verhard. De Barebeek wordt op veel plaatsen doorsneden door infrastructuur, zoals de E19, kanaal, spoorweg, …. Op bepaalde plaatsen komt het afspoelend hemelwater van de wegen rechtstreeks in de waterloop terecht, waardoor dit een negatieve impact kan hebben op de waterkwaliteit. Naast deze sterk verstedelijkte delen komen ook nog grote oppervlakten natuur- en bosgebied voor, waarvan een deel ook op Europees niveau beschermd is, en belangrijke landbouwzones. Diffuse instroom van nutriënten en pesticiden kan in deze landbouwgebieden een negatieve invloed hebben op de waterkwaliteit.
Door een hoog percentage aan verharde oppervlakte en de snelle afvoer van het water heeft voornamelijk het mondingsgebied te kampen met zeer hoge afvoerdebieten en overstromingen. Dit water wordt voornamelijk opgevangen op de weilanden die het natuurlijk overstromingsgebied van de Barebeek vormen. Een deel overstroomt echter ook af en toe in het woongebied Ambroos (Hofstade), waar het wel een probleem vormt. De afwatering van de Barebeek in de Dijle wordt daarenboven nog sterk bemoeilijkt door de hoge getijpeilen op de Dijle.
Het bekkensecretariaat Dijle-Zennebekken startte in 2019 samen met het strategisch project ORIOM het integraal project Barebeek op. Hierin werken alle partners samen om de goede toestand te bereiken voor de Barebeek.
Raadpleeg de gegevens over druk & impact, milieudoelstellingen, reductiedoelen & afwijkingen en beoordeling in de waterlichaamfiches VL11_76 - BAREBEEK.